Bijzondere ontmoetingen op en aan het Titicacameer

18 juli 2018 - Puno, Peru

Om 5:15 zitten we klaar in de hotellobby voor de pick-up van Peru Hop die tussen 5:15-5:45 kan komen. Beetje vroeg voor een reis die zo’n 6 uur duurt, maar bij gebrek aan een alternatief doen we het ermee. Helaas zitten we om 6:15 nog te wachten… Als we niet veel later dan eindelijk opgehaald worden, horen we dat de bus vanuit Nazca vertraging heeft. Het taxibusje zet ons ergens in Arequipa af waar we met een grote groep medereizigers wachten op de bussen. Het aanschouwen van de Peruaanse organisatie doet onze tenen soms krommen, maar al met al is het reizen met Peru Hop niet verkeerd en ontzorgt het ons ook. We kunnen via een inlog op het web onze reisdagen eenvoudig wijzigen en (oké soms wat later dan gepland) we worden altijd opgehaald en afgezet bij ons hotel. We gaan het nog missen om onze namen door de gidsen voorgelezen te horen worden: Djosef, Bictoria, Wrensj en Djoëp. :-) Om de verloren tijd wat in te halen stoppen we onderweg alleen bij een uitzichtpunt op een ander bergmeer. Gelukkig is er in elke bus een wc aanwezig en kunnen we zonder de extra stops.

386 mooi pauzeplekje tijdens de busreis naar Puno

Rond 13:30 komen we aan in Puno. De stad is op een helling aan het Titicacameer gelegen en is groter dan verwacht. We mogen overstappen in een klaarstaande taxi (de straatjes zijn net als in Arequipa te smal voor de grote bus) die ons naar ons hostel brengt. We checken gauw in en zoeken daarna een lunchplek op. Als onze magen zijn gevuld met eten waar we deze keer niet zo enthousiast van worden (het kan niet alle dagen feest zijn), lopen we door het centrum van Puno. Het is een drukte van belang in de lange wandelstraat en we worden veelvuldig aangesproken door straatventers en proppers (mensen die je hun restaurant in willen praten). Eigenlijk geen sfeer om over naar huis te schrijven.

Na een smakelijk avondmaal in een wat duurder restaurant (gekozen om de pizza’s en hamburgers te vermijden) gaan we in het hostel aan de slag om onze rugtassen anders in te pakken. Voor de trip van morgen kunnen we namelijk niet alles meenemen. We kennen dit principe al van onze 2-daagse tour naar de Colca Canyon. We vullen onze twee dagrugzakken en legen Joep’s grote rugzak om daar de noodzakelijke spullen voor een overnachting voor ons allevier in te stoppen. De rest verdelen we over de drie overgebleven rugzakken van Rens, Vicky en Sjef. Als we klaar zijn nemen we een lekkere warme douche en kruipen onder de dikke dekens (3-4 dekens per bed) in de verder onverwarmde kamer.

De volgende dag worden we om 7:00 door onze gids Silvia opgehaald en naar de haven van Puno gebracht. Onderweg pikken we het andere gezin op dat dezelfde tour heeft geboekt als wij. Het was even zoeken naar een organisatie die op een duurzame manier tours op het Titicacameer aanbiedt. Vooraf hadden we veel gehoord en gelezen over de uitbuiting van gezinnen op het eiland Amantani die veel te weinig betaald krijgen voor hun diensten (maaltijden en overnachting). Daar wilden we geen deelgenoot van zijn en nu gaan we met All Ways Travel het meer op. Bij hen is het zo geregeld dat wij als toeristen rechtstreeks aan het gastgezin betalen voor de overnachting en de maaltijden. Zo weten we zeker dat er niet teveel aan de strijkstok blijft hangen van het reisbureau. Als we aankomen in de haven, ligt onze boot al klaar. We hebben de boot met zo’n 40 zitplaatsen voor onze groep alleen, wat een luxe.

Eerst gaan we op weg naar de drijvende eilanden van het Uros-volk. Zij wonen op eilanden gemaakt van riet. Er doen verschillende verhalen de ronde over het hoe en waarom (gevlucht voor de Inka’s, geen geld om land te kopen en bewerken), het was in ieder geval een uit nood geboren oplossing. Als we voet aan ‘land’ zetten is de eerste sensatie een vreemde: het veert ontzettend op dat riet. We worden hartelijk begroet door verschillende bewoners van het eilandje. De bewoners spreken Aymara en we hebben van tevoren van Silvia geleerd hoe we hun kunnen begroeten. Zij zeggen ‘kamisaraki’ (‘how are you’) en dan beantwoorden wij met ‘waliki’ (‘I am fine’). Het wordt zichtbaar gewaardeerd. Mario, de belangrijkste man van dit eilandje, nodigt ons uit om op een bank van riet te gaan zitten. Daar legt hij in Aymara uit hoe de eilandjes en de huizen erop worden gemaakt. Hij gebruikt allerlei miniaturen en Silvia vertaalt, waardoor we het goed kunnen volgen. Hij vertelt dat de bewoners het riet ook kunnen eten en laat dit zien. We mogen het van hem en Silvia zelf niet proberen, want onze spijsvertering is dit niet gewend en het zou de rest van onze 2-daagse tour behoorlijk kunnen verpesten. Silvia vertelt ons dat in de praktijk de Aymara vrouwen de baas zijn op de eilandjes en dat het pittige tantes zijn. Vroeger waren er zo’n 20 eilanden en momenteel zijn het er wel 100. Een van de redenen is, dat als er ruzie is (en dat gebeurt tussen de dames nogal eens) dan zagen ze het eiland gewoon doormidden.

387 Uros rieteilanden op Titicacameer 388 de familie staat ons al op te wachten 389 Silvia legt uit 390 Mario legt uit hoe je een rieteiland bouwt

Na afloop van de uitleg mogen wij met ons viertjes mee met Aurora, de vrouw van Mario, om hun huisje te bekijken. Het is een vriendelijke vrouw die ook een beetje Spaans spreekt waardoor we leuk contact kunnen maken. Ze vertelt over haar gezin en natuurlijk ook over wat ze maken. Ze wil ons graag in hun traditionele kleren zien (deze dame kan inderdaad heel vriendelijk aandringen, haha) en dus staan Sjef en Vicky niet veel later verkleed te poseren. We worden verliefd op een wandkleed gemaakt van alpacawol en kopen het. Het is een mooie voorstelling van hoe deze oorspronkelijke bewoners van Peru tegen hun land aankijken. Bovendien kent Vicky de drie afgebeelde krachtdieren uit de Munay Ki (afkomstig uit de Peruaanse Andes): de slang, de jaguar en de condor. Als we ons weer verkleed hebben, stappen we samen met het andere gezin in de luxe uitvoering van de rieten bootjes (door de bewoners gekscherend de ‘Mercedes Benz’ genoemd) en varen naar een eiland aan de overkant. Dit eiland is wat commerciëler en dat merken we. Nu worden we weer alleen gezien als geldbrengers. Zoals afgesproken blijven we hier maar kort en na een kwartiertje stappen we weer in onze ‘eigen’ boot voor een tocht van 1,5 uur naar het eiland Taquile.

391 Sjef en Vicky in Uros kostuum

Onderweg leren we het Australische gezin beter kennen. Het is gezellig om deze ervaring samen te delen. Silvia vertelt ons van alles over de geschiedenis van de bewoners van de eilanden en aan de oever van het Titicameer. We leren de verschillende achtergronden van de lokale talen Quechua (oude Inka taal) en Aymara (pre-Inka). Ook vertelt Silvia dat de Quechua-sprekers over het algemeen wat verlegener zijn en dat gaan we merken op het volgende eiland, want daar spreken ze Quechua. We meren aan een stille kant van het eiland aan. Er ligt geen enkele andere boot aan het kleine piertje. Daarna volgt een behoorlijk steile klim naar boven. Onderweg pauzeren we meerdere keren om op adem te komen. Het meer ligt op 3810m hoogte dus we zijn snel buiten adem. Andes-bewoners schijnen grotere longen te hebben en 1 liter meer bloed om zichzelf van voldoende zuurstof te voorzien. Voor ons een echte hoogtestage dus. Wij zijn vooral blij dat we geen last van hoogteziekte hebben. De dagen in de Colca Canyon waren klaarblijkelijk een goede voorbereiding. Eenmaal boven hebben we een prachtig uitzicht over het eiland en het meer. De zon schijnt, dus we ontdoen ons van wat laagjes kleding.

392 familiekiekje bovenop Taquile eiland

We lopen verder naar een plek waar de lokale bewoners al op ons wachten. Er is nog een andere kleine groep toeristen en de bewoners laten ons hun traditionele dans zien. Natuurlijk moeten we naderhand allemaal meedoen. We merken dat deze mensen veel bescheidener van karakter/cultuur zijn dan de bewoners van de rieteilanden. In het nabijgelegen gebouw krijgen we vervolgens een heerlijke lunch geserveerd: aardappel-quinoa soep en verse forel uit het meer. Overigens zit aan die forel weer een bekend verhaal gekleefd. De vis komt niet van nature voor in het meer, maar is uitgezet door de mens. Ondertussen heeft deze vis (samen met zijn ‘lotgenoot’ de meerval) vele lokale soorten doen uitsterven. De bewoners van Taquile hebben interessante tradities en gewoonten waar Silvia ons van alles over vertelt. Zo duurt een trouwerij meerdere dagen en daarin mag het bruidspaar niet lachen, want dat brengt ongeluk. Aan de kleding van de bewoners kun je zien of ze getrouwd zijn. De mannen zijn uitstekende breiers en beginnen daar al op jonge leeftijd mee. De vrouwen beoordelen de mannen o.a. op hun brei-kwaliteiten door de mutsen die ze voor zichzelf breien op stevigheid te controleren. De manier waarop de gemeenschap met de inkomsten omgaat heeft wel iets weg van het communisme. Zo worden de toeristische locaties beurtelings door een andere groep families gerund en bieden ze ter plaatse elkaars koopwaar aan tegen een vaste prijs. Onderhandelen is hier dus geen optie, want dat willen ze begrijpelijkerwijs niet doen over het product van een ander. Na de lunch laten de vrouwen hun weeftechnieken zien en krijgen we gelegenheid om iets aan te schaffen. Wij houden het bij wat unieke armbandjes (die verkopen ze niet op het vaste land), want veel meer kan er in onze rugzakken niet bij. We nemen afscheid en lopen nog wat verder over het eiland. We worden ingehaald door een jongetje van een jaar of vijf dat terugkomt van school. Die bevindt zich aan de andere kant van het eiland. Hij heeft er al een uur wandelen op zitten (en dat elke dag twee keer). Onze boot is door de kapitein aan een andere pier aangelegd dus wij kunnen zo instappen. Wat een contrast…

393 traditionele dans door bewoners Taquile eiland 394 Taquileense mannen kunnen heel goed breien 395 terrassen op Taquile eiland 396 zelfportretje op het dak van onze boot

We varen weer terug richting Puno voor onze laatste stop van vandaag: het dorpje Luquina op het schiereiland Chucuito. Op de pier worden we verwelkomd door de lokale contactpersoon. In deze gemeenschap probeert men op een duurzame manier gebruik te maken van de kansen die het toerisme biedt. Er zijn zo’n 15 families begeleidt en getraind in het creëren van toeristisch aanbod. Wij zijn vandaag en morgen te gast in het gezin van Blanca en Ricardo en worden onderweg door Blanca ontvangen en naar hun huis geleid. Er is een mooie doch eenvoudige gastenkamer waar 3 brede bedden van steen in zijn gemetseld. Sjef en Vicky hebben geen bezwaar om vannacht samen in een bed te kruipen. Lekker warm als het ’s nachts rond het vriespunt is. We laten onze grootste rugzak achter in de kamer en lopen daarna samen met Silvia richting het voetbalveld van het dorp. Onderweg pikken we het Australische gezin op. De lokale (jongere) voetbalfans spelen graag een partijtje met de toeristen. Samen met een andere groep toeristen vormen we een 13-koppige partij. De strijd is niet helemaal eerlijk, want zij zijn maar met z’n 8-en. Alhoewel… Wij raken op deze hoogte allemaal behoorlijk snel buiten adem. Onze Australische reisgenoten raken geïnspireerd en dopen ons tot de ‘Heavy Breathers’. Uiteindelijk verliezen we dik. De eindstand weten we niet meer, het was leuk en daar gaat het om.

397 onze slaapkamer in Luquina 398 kalfje aaien van het gastgezin 399 voetballen op grote hoogte

Na het voetballen worden alle toeristen door hun ‘mama’ (zo wordt de vrouw des huizes van het gastgezin waarbij iedereen verblijft genoemd) in traditionele kledij gehesen. Blanca staat al klaar met onze kleding. De jongens vinden vooral hun pompon-tasjes geweldig. Het is een mooi gezicht om iedereen in dezelfde (enigszins roze getinte) outfits te zien. Daarna laat een lokale dansgroep hun kunsten zien en je raadt het al… Vervolgens is het de bedoeling dat we allemaal meedoen. We stellen ons op in 2 rijen en ergens gaat er iets scheef, want wij komen allemaal met iemand anders uit. Uiteindelijk dansen Rens en Joep met 2 lokale dames en Sjef en Vicky met andere toeristen. Opnieuw merken we dat we op grote hoogte zitten en na afloop vinden we dat we onze portie sportiviteit ruimschoots hebben gehad vandaag.

400 allemaal in traditionele Luquina kledij

Inmiddels is de zon onder gegaan en wordt het snel donker. We volgen Blanca met wat mobiele verlichting richting haar huis. Zij gaat de keuken in en we spreken af dat we om 19:00 gaan eten. Om de tijd te doden en te voorkomen dat we al in slaap vallen, spelen wij tot die tijd wat potjes kaarten. Stipt om 19:00 lopen we over het kleine binnenplaatsje en stappen de keuken in. Die ziet er anders uit dan thuis. Net als onze bedden is ook hier het meeste ‘meubilair’ gemaakt van steen. Wij mogen aan de gedekte houten tafel gaan zitten. Er blijft dan geen plek meer over voor de familie. In ons beste Spaans maken we duidelijk dat we dat wel jammer vinden. Het blijkt om een gebrek aan stoelen te gaan. In onze slaapkamer staan er drie, dus halen Sjef en Ricardo deze stoelen erbij en kunnen we toch gezamenlijk aan tafel zitten. Althans Blanca, Ricardo en José van 8 zitten bij ons en de beide dochters eten aan het aanrecht. Nu hebben we echt profijt van onze Spaanse lessen, want we hebben een leuk gesprek over van alles en nog wat. Het eten is heerlijk. Blanca heeft aardappelsoep en rijst met aardappel gemaakt. Na afloop inspireren de servetten tot een hoop vouwplezier. José pakt echt papier erbij en leert de jongens hoe je (ook alweer) bootjes vouwt. Natuurlijk komen er ook wat vliegtuigjes voorbij. We helpen nog even met afruimen en kruipen dan vroeg onder de wol.

401 vouwplezier na het eten met José

De volgende morgen schuiven we om 8:00 uur aan voor het ontbijt. Blanca heeft lekkere traditionele broodjes gebakken (in olie) en er ligt zelfs een warm gekookt eitje klaar. Dat is lang geleden, mmm! Ook staat er quinoa-‘sap’ klaar en dat willen we natuurlijk proeven. Ondanks de pap-achtige consistentie (waar we allemaal niet zo van houden) is het eigenlijk best lekker. Na het ontbijt mogen we Ricardo helpen. De jongens gaan met José en hond Andreas vooruit en wij volgen met Ricardo. We brengen voer naar de varkens. Een zeug heeft superschattige biggetjes. Daarna gaan we naar de schapen en doen we touwen om hun poten. De kids jagen de schapen de juiste kant op en wij lopen er met kruiwagens achteraan. Aangekomen op de bestemming van vandaag slaat Ricardo pinnen in de grond en moeten we de touwen van de schapen daaraan vastbinden. Er zit geen afrastering om de kleine weilandjes in en om het dorp en zo houden de bewoners hun vee bij elkaar. Als alle grote schapen vast zitten (de lammetjes hoeven niet, die blijven toch wel bij hun moeders), lopen we naar de kust en scheppen Sjef en Ricardo grindhoudende grond in de kruiwagens. De nu behoorlijk zware kruiwagens duwen Sjef en Vicky vervolgens weer naar de kleine boerderij. Daar gebruikt Ricardo het materiaal om schade aan zijn huis te repareren.

402 Blanca melkt de koe voordat het kalfje mag drinken 403 zeug met biggetjes krijgen eten 404 José met lammetje 405 de kinderen als schapenherders 406 met de kruiwagen over het land 407 Titicaca-vrienden

Silvia staat al op ons te wachten en we volgen haar naar een klein gemeenschapshuis. Samen met de Australische familie en onze ‘mamas’ gaan we voor onze eigen lunch zorgen. Er wordt een traditionele rolverdeling gemaakt en de vaders en zonen gaan aan de slag met het bouwen van een stenen oven en het maken van een vuur en de moeders en dochters helpen met het bereiden van het eten in de keuken. Uiteindelijk gaan alle kinderen lekker spelen en doen de ouders het resterende werk.

408 de mannen bouwen een oven van stenen 409 de vrouwen aan het werk in de keuken 410 Sjef stookt een vuurtje

Onze gastvrouwen bereiden het laatste deel van de maaltijd terwijl wij met onze gezinnen een korte wandeling gaan maken. Er ligt nl. een zeilbootje op ons te wachten. Er staat een zwakke en soms zelfs wegvallende wind, dus het is een relaxed tochtje. Aan het eind worden zelfs de roeispanen er nog even bij gepakt. Als we terugkomen bij het gemeenschapshuis genieten we van het zonnetje terwijl ons eten gaart in de oven. Die ziet er trouwens iets anders uit dan voor ons vertrek. Als we ons eten eruit mogen halen, blijkt waarom: tussen de stenen liggen verschillende lagen papier met daarin steeds één van de door ons voorbereide ingrediënten. Zo halen we er gebakken bananen uit, gemarineerde forel en kip, verschillende soorten aardappelen, bonen en een soort aardperen. De mamas ontfermen zich over het voedsel en wij mogen aan tafel voor alweer een lekkere aardappelsoep. Wij dachten dat Nederlanders echte aardappeleters waren, maar de Peruanen kunnen er ook wat van! Als we na de soep ons zelfgemaakte eten hebben gegeten zijn onze buiken tonnetjerond. Dan is het tijd geworden om afscheid te nemen. We knuffelen Blanca, Ricardo en José (de dochters zijn op school) en bedanken hen voor hun gastvrijheid. We hebben genoten van het mooie en oprechte contact!

411 in de zeilboot op het Titicacameer 412 roeien bij gebrek aan wind 413 bananen en bonen zijn gaar 414 resultaat van teamwork 415 eet smakelijk

We gaan weer aan boord van onze boot en aan het eind van de middag komen we moe maar voldaan aan in ons hostel. Ze zeggen dat het Titicacameer een bijzondere krachtplaats is en zo hebben wij het ook gevoeld. Dankbaar voor weer een bijzondere ervaring!

De volgende dag spenderen we in de bus. We zijn onderweg van Puno naar Cuzco (of Cusco, zoals het hier meestal geschreven wordt). Het eerste deel rijden we met een taxibusje. In het kleine gezelschap hebben we mooie gesprekken over onderwijsvernieuwing in Canada, Zweden en Nederland. Tja, dat krijg je met allemaal leerkrachten aan boord. Eenmaal in de grote bus zien we het landschap veranderen. Eerst zien we veel graanvelden in gele en rode tinten (er is hier geen groen te zien). Als we een tijdje de bedding van een rivier volgen zien we zelfs lichtroze flamingo’s! Langzaam maar zeker zien we ook bomen en wordt het uitzicht wat groener. Er is zelfs een opvallende kleur groen te zien, want er staan her en der eucalyptusbomen. En als we wat dorpjes passeren valt het op dat er geen sprieten meer uit de daken omhoog staan, en dat er geen golfplaten op de daken liggen, maar echte dakpannen: dat ziet er meteen heel anders uit. Het doet een beetje denken aan de daken in Toscane. Het is al donker als we in Cuzco aankomen en naar ons hotel worden gebracht.

We hebben met onszelf afgesproken dat we de komende dagen gebruiken om de rest van onze reis te plannen. Uiteindelijk zitten we bijna 2 dagen in onze hotelkamer om van alles uit te zoeken en vliegtickets en hotels te boeken. Pfff, niet het leukste onderdeel van reizen. We merken dat het reizen een beetje klaar is voor ons. We zijn behoorlijk verzadigd met alle indrukken die we tot nu toe hebben mogen opdoen (en dat met Machu Picchu voor de deur). Daarom hebben we besloten om niet meer naar de Galapagos eilanden te gaan. Met gemengde gevoelens dat wel. En toch ook met z’n allen volledig achter dit besluit.

Nu de grote knoop is doorgehakt gaan we in Cuzco op verkenning. Het is een sfeervolle stad met nauwe straatjes en een mix van Inka- en Spaanse bouwstijlen. We snuiven de sfeer en checken natuurlijk ook het Plaza de Armas. Net als in Arequipa is dit plein in Cuzco ook erg mooi en gezellig. We eten wat op de trappen voor de kathedraal en gaan dan de steile straatjes door op weg naar de Inka ruïne net boven de stad: Sacsaywamán. Bij toeristen ook wel bekend als ‘sexy woman’. Het is een pittige klim, dus we besluiten halverwege een langsrijdende taxi in te stappen. Eenmaal boven voelt de toch al niet fitte Sjef zich zo beroerd dat hij besluit terug naar het hotel te gaan. Het is gek om niet als viertal op onderzoek uit te gaan, maar we maken veel foto’s en een filmpje zodat Sjef later ook kan zien wat wij gezien hebben. Zoals verwacht maakt de manier van bouwen van de Inka’s veel indruk. De stenen zijn ontzettend groot en passen minutieus op elkaar. Er groeit na al die jaren nog steeds geen onkruid tussen, zo goed past het op elkaar. Jammer genoeg mogen we de overblijfselen van een zonnetempel alleen van een afstandje bewonderen. Er lopen ook wat lama’s op het terrein en die vinden het best als we ze van dichtbij komen bewonderen, maar aanraken zit er net niet in. Vanaf een uitzichtpunt zien we hoe groot Cuzco is. Ook kunnen we het Plaza de Armas en ons hotel er vlak achter zien. We verlaten het complex en besluiten te voet terug naar beneden te gaan. Sjef heeft ondertussen een gat in de dag geslapen en is ’s avonds nog steeds niet lekker. We gaan dus ook met z’n drietjes uit eten.

420 straatje in Cuzco 416 uitzicht op Sacsaywamán en Cuzco 417 lama's bij Sacsaywamán 418 staaltje bouwkunst van Inka's 419 die Inka's gebruikten best grote stenen

Na een goede nachtrust gaat het iets beter en kunnen we met z’n 4-en de stad in om een beetje te winkelen. Al die kleurrijke stalletjes en winkeltjes moeten natuurlijk van dichtbij worden bekeken. Niet iedereen vindt dit even leuk, dus na een tijdje splitsen we op. Joep gaat filmpjes kijken in het hotel, Sjef en Rens bekijken de kathedraal van binnen en Vicky winkelt nog even verder. Gelukkig kunnen we vanavond weer met z’n allen gaan eten in een van de vele leuke eettentjes die Cuzco rijk is. Na afloop pakken we onze tassen opnieuw zo in dat we de komende twee dagen licht bepakt kunnen reizen. Je mag nl. alleen met handbagage in de trein naar het Machu Picchu dorp Aguas Calientes en dat staat morgen op het programma.

Wordt vervolgd!

Foto’s

6 Reacties

  1. Nelleke:
    19 juli 2018
    Wauw wat een mooie verhalen weer!
  2. Rita Heijns:
    19 juli 2018
    Hahaha Carnaval in Peru!!!!
    Ik heb weer genoten van jullie verhaal. Kussen uit Brabant.
  3. Jaschenka:
    19 juli 2018
    Mooi verhaal hoor!
  4. Theo en rikie:
    20 juli 2018
    het was weer een mooi verhaal en nu aftellen want wat gaat de tijd snel groetjes
  5. Robert en Femke:
    21 juli 2018
    Thanks voor jullie verhalen. Sjef, topfoto van jou en Vicky!
  6. Chantal Boekdrukker:
    24 juli 2018
    Wat een belevenissen weer. Prachtig ook dat je met relatief weinig (woorden) zo'n mooi oprecht contact kunt maken. En wie had er ooit gedacht dat jullie samen zo mooi in klederdracht op de foto zouden staan. dat tasje ook Sjef haha helemaal jou kleur ;-) Oh jongens ik weet niet wanneer jullie weer in Nederland zullen zijn maar pff dat zal weer even wennen zijn denk ik! Wat een ervaringen allemaal heerlijk!!!! lieve groet